Een gelovig mens leeft voor de Here. Hij wandelt met God. Als hij een gelegenheid ziet, getuigt hij van zijn geloof. Dat spreekt vanzelf. Zo gáát dat met een kerkmens.
Leven met God: dat zien we zeker ook in de gewone dingen van het leven. In de manier waarop wij met onze agenda omgaan, bijvoorbeeld.
Dat is, als ik het goed zie, een van de dingen die wij uit Spreuken 24 kunnen leren:
“Maak buiten uw werk gereed en bereid het voor u op het veld;
daarna kunt gij uw huis bouwen”[1].
Doe eerst het werk op het land; bouw daarna pas uw huis. Dat wil zeggen: richt u in eerste instantie op de dingen die echt belangrijk zijn. Pak daarna de dingen aan die wel even kunnen wachten[2]. Uw levensonderhoud heeft een hoge prioriteit. Daarná komt het onderdak aan de beurt. Eerst het eten en drinken; vervólgens uw onderkomen.
De Here weet best dat wij niet alles tegelijk kunnen. De Here kent ons, en het is hem bekend dat mensen prioriteiten moeten stellen.
Die boodschap is, meen ik, onder meer van toepassing op ons werk in de kerk.
In de kerk moet gebóuwd worden, zo stellen wij bij tijd en wijle Geestdriftig vast[3]. Maar dat wil niet zeggen dat wij holderdebolder alles tegelijk moeten doen. Wij moeten geen haast maken met dit, én voorrang geven aan dat, én eerst ook nog wat anders. Niet alles tegelijk: dat is óók in het kerkenwerk een wijs woord.
Bovendien vraagt de Here niet van ons om met oogkleppen rond te lopen. Laten wij maar vrijmoedig in onze omgeving rondkijken. Daarbij is het aan te bevelen om goed te analyseren wat er om ons heen gebeurt. De Spreukenleraar zegt niet voor niets:
“Ik ging langs de akker van een luiaard
en langs de wijngaard van een verstandeloos mens
(…)
Toen ik dit aanschouwde, nam ik het ter harte,
toen ik het zag, trok ik een les daaruit”[4].
Laat onze manier van doen bedachtzaam wezen. Aan ongeleide projectielen hebben we in de kerk geen behoefte.
Wat is de context van die woorden uit Spreuken 24? Wat is de lijn in dat Schriftgedeelte?
De Spreukenleraar leert zijn luisteraars om zorgvuldig uit de buurt te blijven van mensen die zich van God noch gebod iets aantrekken. Wie in het doen van verkeerde dingen blijft hangen, krijgt bij zijn buren en andere medemensen een slechte reputatie[5].
Die luisteraars moeten, integendeel, naar wijsheid op zoek gaan. Die wijsheid moet, om zo te zeggen, een principekwestie wezen. Als de moeilijke dagen komen, met grote problemen en schier onoplosbare vraagstukken, moeten de luisteraars de door hen verworven inzichten niet eensklaps laten varen[6]. Wie echte wijsheid verwerft, en die blijvend toepast, mag de toekomst zonnig inzien. Voor hem openen zich verre horizonten[7].
Uiteindelijk is er een groot verschil tussen Godvrezenden en goddelozen: seculiere mensen moeten erop rekenen dat hun leven weinig meer is dan kommer en kwel. Ware gelovigen kunnen altijd opstaan en enige afstand van de malaise nemen[8].
Staande op het fundament dat God geeft, en gewapend met de door Hem geschonken wijsheid, is het mogelijk en noodzakelijk om een eerlijk oordeel te geven. Over maatschappelijke ontwikkelingen. Over allerlei gebeurtenissen. Over in de media geventileerde opinies[9].
Welnu – vanuit die wijsheid kunnen Gods kinderen er ook in slagen om goed te prioriteren. Zó kunnen kerkmensen helder zien wat er in de kerk moet gebeuren, en in welke volgorde.
In dit licht bezien is de mening van Agnes Jongerius, voorzitter van de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV), opmerkelijk.
Over Spreuken 24:27 zei zij eens: “Ik vat de spreuk anders op, namelijk dat je eerst je ding moet doen en daarna pas aan materiële welvaart mag denken. Daar ben ik het niet mee eens. Een huis is meer dan materiële welvaart; het is een plek om thuis te komen. Voor mij is mensen uitnodigen aan je tafel de metafoor van geluk. Samen lekker eten. Het hoeven geen ingewikkelde gerechten te zijn, als er gewoon maar wat op tafel staat. Misschien komt dat ook wel omdat ik uit een groot gezin kom.
Als je de spreuk opvat in de zin van carrière eerst, en kinderen later, dan ben ik het er ook niet mee eens. Nederlandse vrouwen krijgen hun eerste kind gemiddeld heel laat, maar dat is niet zonder consequenties. Hoe later je een kind krijgt, hoe meer risico voor moeder en kind. Dat begint al vanaf je dertigste. Wat dat betreft, zou de oude campagne ‘Een slimme meid krijgt haar kind op tijd’ weer van stal kunnen. Ik denk dat het alle twee tegelijkertijd kan. Daar moeten we in Nederland voor zorgen”[10].
Als ik het bovenstaande goed begrijp, zegt mevrouw Jongerius:
*mijn prioriteit is huiselijk geluk
* het is van belang dat een vrouw jong kinderen baart, en dus niet te lang wacht met kinderen krijgen.
Dat heeft, als u het mij vraagt, weinig te maken met het feit dat de Here ons prioriteren leert; zowel in de maatschappij als in de kerk. En het heeft ook niet veel van doen met een wijs oordeel, dat op Gods Woord gebaseerd is.
De uitlatingen van de voormalige FNV-voorzitter laten ons zien hoe belangrijk het is om Gods Woord te lezen, en de woorden in hun context te laten staan!
Spreuken 24 brengt ons terug naar de wijsheid die de Here geeft.
Dat Schriftgedeelte leert ons ook afhankelijkheid van de hemelse God. Het ontvangen van door Hem gegeven inzicht moet in ons leven de hoogste prioriteit hebben.
De aldus verkregen wijsheid geeft rust om dingen te doorzien, en al of niet voorrang te geven. In dezen geldt een bekend woord uit Jacobus 4. Kerkmensen moeten blijven zeggen: “Indien de Here wil, zullen wij leven en dit of dat doen”[11].
In Efeziërs 1 bidt Paulus tot God, “opdat de God van onze Here Jezus Christus, de Vader der heerlijkheid, u geve de Geest van wijsheid en van openbaring om Hem recht te kennen”[12].
Eens preekte een Gereformeerd-vrijgemaakte dominee over Spreuken 24 en Efeziërs 1. Hij zei: “Leg prioriteit bij het bewerken van je eigen akker: werken in je bijbel en in gebed. Dan vind je bij God een huis om in te wonen, je meer en meer thuis te weten bij de Heer”[13].
Uit dit alles concludeer ik dat wij bij het kerkelijk opbouwwerk mogen prioriteren.
In alle rust.
Met aandacht voor Gods Woord.
Met oog voor de wereld.
Bezield door de wijsheid die Gods Geest geven wil.
In afhankelijkheid van de hemelse Heer.
Thuis bij God.
Met uitzicht op de toekomst.
Noten:
[1] Spreuken 24:27.
[2] In het onderstaande gebruik ik onder meer http://www.deltacursus.nl/studie/deltacursus_studie_46.pdf .
[3] In de afgelopen tijd heb ik aan het bouwen in de kerk al vaker aandacht besteed. Zie bijvoorbeeld https://bderoos.wordpress.com/2012/05/24/de-wapens-in-de-hand/ .
[4] Spreuken 24:30 en 32.
[5] Spreuken 24:8 en 9: “Wie aldoor bedenkt kwaad te doen, / die noemt men een aartsschelm. / Het bedenken van dwaasheid is zonde, / en de spotter is de mens een gruwel”.
[6] Spreuken 24:10: “Betoont gij u slap ten dage der benauwdheid, / dan komt uw kracht in het nauw”.
[7] Spreuken 24:14: “…erken, dat de wijsheid zó is voor uw ziel. / Als gij haar gevonden hebt, dan is er toekomst / en uw verwachting wordt niet afgesneden”.
[8] Spreuken 24:16 en 20: “Want de rechtvaardige valt zevenmaal, doch staat weer op, / maar de goddelozen struikelen in de rampspoed”. “Want voor de boze is er geen toekomst, / de lamp der goddelozen wordt uitgeblust”.
[9] Spreuken 24:25 en 26: “…Maar hun die recht oordelen, gaat het goed, / over hen komt de zegen van de voorspoed. / Wie juiste antwoorden geeft, / kust de lippen”.
[10] Zie http://www.eo.nl/magazines/visie/artikel-detail/fnv-voorzitter-agnes-jongerius/ .
[11] Jacobus 4:13-15: “Welaan dan, gij, die zegt: Vandaag of morgen gaan wij op reis naar die en die stad, wij zullen er een jaar doorbrengen, zaken doen en winst maken; gij, die niet eens weet, hoe morgen uw leven zijn zal! Want gij zijt een damp, die voor een korte tijd verschijnt en daarna verdwijnt; in plaats van te zeggen: Indien de Here wil, zullen wij leven en dit of dat doen”. Zie ook http://www.cip.nl/nieuwsbericht_detail.asp?id=23040 (punt 7).
[12] Efeziërs 1:17.
[13] Zie http://www.meppel.gkv.nl/Preken/060604_laan1.htm .
Aantekening:
Dit artikel is, in gewijzigde vorm, gepubliceerd in het Gereformeerd Kerkblad De Bazuin, jg. 7 nr 1 (9 januari 2013). Aldaar was het getiteld: “Gelovig prioriteren″. De noten onder het artikel zijn in De Bazuin weggelaten.