gereformeerd leven in nederland

17 november 2023

Daden bij het Woord

Filed under: Uncategorized — B. de Roos @ 07:00
Tags: ,

In dit artikel gaan we naar de wereld van Handelingen 16. Daar gebeuren ongelooflijke dingen. Twee evangelisten, Paulus en Silas, worden gestalkt door een slavin die een waarzeggende geest heeft. Zij loopt voortdurend achter hen aan en roept: ‘Dit is personeel van de Heere. Zij leggen ons uit hoe we zalig kunnen worden’.
Op zichzelf is dat waar. Er is echter een ‘maar’: Paulus en Silas zijn door de Here aangesteld om het Evangelie te verkondigen. De slavin wordt in Handelingen 16 overheerst door een boze geest. Die boze geest verspreidt nepnieuws. In eerste instantie lijkt het echt. Maar wie iets beter kijkt ziet dat dat nepnieuws heel snel veranderd kan worden. Zo worden mensen ernstig misleid. In Handelingen 16 blijkt bovendien dat er voor dat nepnieuws eigenlijk betaald zou moeten worden!
Is het een wonder dat Paulus de schreeuwende vrouw, en de geest in haar, het zwijgen oplegt? De apostel zet dat bevel nadrukkelijk op naam van Jezus Christus.
Dat is echter tegen het zere been van de eigenaars van de slavin. Hun hoop op inkomsten vervliegt. Zij klagen de evangelisten aan voor verstoring van de openbare orde.
Paulus en Silas worden onzacht in de gevangenis gesmeten…
In de gevangenis gaan de broeders bidden.
De broeders gaan ook zingen. Zingen? In de gevangenis?
Het is zingen ter ere van de Heer van hemel en aarde.
En die Heer antwoordt op een bijzondere manier: met een aardbeving.
De deuren van de gevangenis klappen open…
De bewaker schrikt zich dood. Hij staat op het punt om zelfmoord te plegen.
Paulus roept: ‘Doe dat vooral niet!! Er is niemand ontsnapt!’
Niemand ontsnapt? Hoezo niet? Dit is toch de kans om te ontsnappen…?
Maar er is niemand, echt niemand, de gevangenis uit gerend.
De bewaker begrijpt, als in een flits: ‘Hier gebeurt iets dat van bovenaf geregisseerd wordt. Dit moet wel van God komen. God moet wel almachtig zijn!’.
Zo komt het dat die bewaker vraagt: ‘Hoe kan ik zalig worden??’  
Het antwoord is kristalhelder. “Zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten”[1].

De cipier is een man van het type ‘Geen woorden maar daden’
Iemand schreef eens over de situatie van de cipier: “De gevangenbewaarder was een Romein. Het was in die tijd gebruikelijk dat goede ambtenarenbanen aan gepensioneerde Romeinse soldaten werden gegeven”.
En:
Hij is “een ex-soldaat met een redelijke baan. Een middenklasser”.
En:
De cipier “eet gewoon thuis bij zijn vrouw. Hij en zijn vrienden vinden dat veel dingen anders moeten in deze samenleving”.
En:
De gevangenbewaarder “heeft weinig geduld voor argumenten, maar is evenmin in voor zweverigheid en emoties. Zijn levensmotto is: ‘Geen woorden maar daden’”.
En:
“De gevangenbewaarder heeft helemaal geen interesse in geestelijke zaken. Hij is een realist. Religie kan hem geen lor schelen en God ook niet”.
En:
De gevangenbewaarder “moet verbijsterd zijn geweest (…) In plaats van de gevangenbewaarder met gelijke munt terug te betalen, benadert Paulus hem met vriendelijkheid en liefde. Argumenten zouden deze man niet raken. Emoties lieten hem koud. Maar dit, dit verandert met een grote schok zijn leven. Zelfs zijn geloofsbelijdenis is er een van ‘geen woorden maar daden’”.
Hun striemen worden door de cipier verzorgd. Hij laat zichzelf en de zijnen onmiddellijk dopen[2].

Misschien willen we opmerken dat de situatie van Handelingen 16 echt niet de onze is? Een aardbeving om gevangenen te bevrijden. Dat zijn geen wonderen die in onze eeuw gebeuren.  
Niettemin heeft dit Schriftgedeelte ook ons wel degelijk iets te zeggen.

We zouden namelijk best kunnen zeggen dat de cipier wel goed in de eenentwintigste eeuw past. Zijn wij niet allen op zoek naar daadkracht? Zweverigheid raakt, om zo te zeggen, steeds meer uit. Zeker in deze tijd zijn we op zoek naar betrouwbare mensen die doen wat zij beloofd hebben. En het zou fijn als het inlossen van beloftes geen weken, maanden of jaren duurt.   
De doortastende cipier kan een voorbeeld voor ons zijn. In de kerk moeten we van aanpakken weten. Om met Jacobus te spreken: “Zoals het lichaam zonder geest dood is, zo is ook het geloof zonder de werken dood”.
Laten wij maar, tegen de tijdgeest in, zeggen: geen woorden maar daden
Of, meer precies: daden bij het Woord![3]

Noten:
[1] Handelingen 16:31.
[2] In deze alinea citeer ik uit: Siebrand Wierda, “Een passende manier”. In: De Wekker, vrijdag 9 oktober 2009, p. 711 [rubriek: Het Woord spreekt].
[3] In deze alinea citeer ik Jacobus 2:26.

Geef een reactie »

Nog geen reacties.

RSS feed for comments on this post. TrackBack URI

Plaats een reactie

Blog op WordPress.com.