gereformeerd leven in nederland

30 april 2020

Nieuwe wereld

Filed under: Uncategorized — B. de Roos @ 07:00
Tags: , , , , , ,

Gereformeerden hebben een wijde horizon. Zij kunnen ver kijken. Zij blijven niet staan bij vijftig tulpen op de markt, hoe fraai die er ook uitzien. Zij kijken verder dan de lente en de zomer van 2020.
Waarom?
Omdat zij, bijvoorbeeld, Openbaring 21 lezen: “En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, want de eerste hemel en de eerste aarde waren voorbijgegaan”[1].
Om met Psalm 98 te spreken:
“Hij komt een nieuwe wereld stichten
op recht en op gerechtigheid”[2].
Voor het woord dat wij in Openbaring 21 met ’nieuwe’ weergeven staat er in het Grieks kainos. Dat woord heeft niet te maken met tijd maar met een nieuwe vorm, een totaal andere kwaliteit. Het woord betekent vooral: tot hiertoe onbekend. Zoals in Marcus 1: “En zij waren allen verbaasd, zodat zij elkaar vroegen: Wat is dit? Wat voor een nieuwe leer is dit, dat Hij ook de onreine geesten met gezag bevel geeft en zij Hem gehoorzaam zijn?”[3]. En in Johannes 13: “Een nieuw gebod geef Ik u, namelijk dat u elkaar liefhebt; zoals Ik u liefgehad heb, moet u ook elkaar ​liefhebben”. En in Openbaring 2: “Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de ​gemeenten​ zegt. Aan wie overwint, zal Ik van het verborgen manna te eten geven, en Ik zal hem een witte steen geven met op die steen een nieuwe naam geschreven, die niemand kent dan wie hem ontvangt”[4]. En in Openbaring 14: “En zij zongen als een nieuw ​lied​ vóór de troon, vóór de vier dieren en de ouderlingen. En niemand kon dat ​lied​ leren behalve de honderdvierenveertigduizend, die van de aarde gekocht waren”[5].
De nieuwe hemel en de aarde vervangen de oude. De complete schepping wordt, om zo te zeggen, ingrijpend gerenoveerd.
Hij die op de troon zit, zegt zelfs: “Zie, Ik maak alle dingen nieuw”.
Er komt een nieuwe wereldorde. Een orde die op aarde niemand bedenken kan![6]

Daar viel een bekende term die in de eenentwintigste eeuw welbekend is: nieuwe wereldorde.

Oplettende lezers hebben de term vast al wel eens in de krant of een tijdschrift gezien: de nieuwe wereldorde.
Wat is dat?
“De Chinese wereldorde komt eraan. In oktober 2017 stippelde president Xi de route uit: als in 2049 de Volksrepubliek zijn honderdste verjaardag viert, moet zijn ‘Chinese droom’ zijn uitgekomen: China is dan de leider van de wereld.
In een fascinerend betoog vol persoonlijke ervaringen betoogt Rob de Wijk dat dit gaat lukken. Als China het mondiale machtsspel behendig speelt en koploper wordt van de nieuwe industriële revolutie van Internet of Things, nanotechnologie en Artificial Intelligence, zal het de wereldorde gaan bepalen.
Geholpen door de financiële crisis van 2008, president Trumps protectionisme, de ontregelende politiek van Poetin, de strijd om de brexit en opkomend nationalisme in Europa wordt de eenentwintigste eeuw de eeuw van China. Daardoor gaat de westerse wereldorde met zijn vrijmarkteconomie, internationaal recht, internationale instituties, democratie, mensenrechten en burgerlijke vrijheden op de schop. Hoe dit tij te keren, wordt het belangrijkste vraagstuk van onze tijd”[7].

Men spreekt over het Belt and Road-initiatief, ofwel de Nieuwe Zijderoute.
De Wijk zegt tegen het dagblad Trouw: “China is een autocratie, een staatskapitalistisch land, met een cultuur van hiërarchie en dominantie, dat zichzelf als cultureel verheven ziet. Dat zit heel diep geworteld in een cultuur. Eigenlijk niet zo anders dan wat wij in het Westen denken, de basis van imperialisme en kolonialisme. (…) Wat betekent het als zo’n land het voor het zeggen krijgt? Dan is er minder ruimte voor buitenlands beleid dat gestoeld is op waarden: mensenrechten, democratie, die kun je wel vergeten. Dat zie je al gebeuren. Het is voor het Westen bijna onmogelijk om in de Veiligheidsraad een mandaat te krijgen voor humanitaire interventies. Wij worden niet meer vertrouwd, er is sprake van een afrekening”.
En:
“De Chinezen hebben goed nagedacht over het uitrollen, ook via de Nieuwe Zijderoute, van alle technologie: 5G, het internet of things, kunstmatige intelligentie, supercomputers. Dan ontstaat een situatie, dat was voor mij de grootste eye opener, die vergelijkbaar is met wat de Britten deden in de negentiende eeuw en de Amerikanen in de twintigste eeuw. Dan bepaal je de technische en commerciële standaarden en je pakt de boel gewoon in. Dan word je echt een supermacht”.
En:
“Ik zeg niet dat de hele wereld Chinees wordt. Ik zeg dat de Chinese invloed in de wereld sterk zal toenemen en dat er twee blokken tegenover elkaar komen te staan. Geen blokken zoals tijdens de Koude Oorlog, China is meer een octopus met de Nieuwe Zijderoutelanden als tentakels. Twee visies staan tegenover elkaar, waarbij de visie van het Westen zwakker wordt”[8].

Het Reformatorisch Dagblad schreef in september 2019 over Turkije, China en Azië in het algemeen: “Turkije is hard bezig zijn dominante positie van weleer te herstellen. Herleving van de gloriedagen van het Osmaanse rijk, is de grote droom van president Erdogan.
En:
Turkije heeft (…) het recht om zijn verloren gegane positie op te eisen. De tijdsomstandigheden zijn er gunstig voor. De oude wereldorde van na het verdrag van Lausanne, die werd gekenmerkt door westerse dominantie, lijkt namelijk haar langste tijd te hebben gehad. De invloed van de Verenigde Staten is tanende. Dat gaat gepaard met de opkomst van Aziatische mogendheden – en dan men name van Rusland en China.
Het huidige drama in Syrië dient hierbij als illustratie. Het Westen heeft in Syrië iedere relevantie verloren. Turkije is daarentegen, door een alliantie met Moskou aan te gaan, nadrukkelijk aanwezig in Syrië. In de visie van Erdogan staan we aan de vooravond van een nieuwe wereldorde, waarvan het zwaartepunt in Azië ligt. Turkije dient daarom zijn eigen positie in deze nieuwe wereldorde te definiëren”[9].

China is het land van het taoïsme: een religie vol filosofie, meditatie en mystiek[10]. Het boeddhisme betekent er ook veel. In de ranglijst christenvervolging van Open Doors staat China momenteel op plaats 23[11].
Dat valt niet tegen, zou men kunnen denken.
Maar pas op.
De website businessinsider.nl schreef in augustus 2019: “Al decennia probeert de officieel atheïstische Communistische Partij zijn dominante positie te behouden met het onderdrukken van religieuze bewegingen”.
En:
“De staat ziet toe op het personeel van deze organisaties, wat ze publiceren en hun financiële huishouding. Technisch gezien zijn burgers vrij om hun geloof te belijden, zolang hun religie maar officieel door de Partij is goedgekeurd”.
En:
In 2015 voegde de Partij de term ‘sinificatie’ toe aan het officiële overheidsjargon. Sinificatie betekent dat islamitische, boeddhistische en christelijke leiders hun religie in overeenstemming moeten brengen met het Chinese socialistische gedachtegoed.
Oud-secretaris Roderic Wye van de Britse ambassade in Beijing zei vorig jaar tegen Business Insider: “De Partij heeft altijd moeite gehad met religies omdat elk geloof een vorm van organisatie impliceert. En zodra iets een organisatie is, wil de Partij dat controleren”[12].

China is op weg naar de nieuwe wereldorde. Zeggen ze. De wereld kijkt er naar, en schrijft er over in boek en blad.
En zo staan er twee nieuwe wereldordes tegenover elkaar: het Koninkrijk van God en de wereldmacht van Xi Jingping en diens opvolgers.
Die laatste macht ziet er indrukwekkend uit. En laten wij de Chinese president niet onderschatten: “Op 1 augustus 2017, bij het 90-jarig bestaan van het Volksbevrijdingsleger, zei hij: ‘Om een sterk leger te bouwen, moeten wij onwrikbaar vasthouden aan de absolute leiding van de Partij over de strijdkrachten en ervoor zorgen dat het leger van het volk altijd de Partij volgt’”[13].
Zodoende komt het er ook in 2020 voor de kerk op aan. Zij moet trouw blijven. Want Hij die op de troon proclameert nog steeds: “Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde”[14].
Bij de Alfa en de Omega – het Begin en het einde – zinkt China in het niet!

Noten:
[1] Openbaring 21:1.
[2] Dit zijn regels uit Psalm 98:4 – berijmd; Gereformeerd Kerkboek-1986.
[3] Marcus 1:27.
[4] Openbaring 2:17.
[5] Openbaring 14:3.
[6] In het bovenstaande gebruik ik onder meer de onlineversie van de Studiebijbel; woordstudie kainon.
[7] Dit is een samenvatting van: Rob de Wijk, “De nieuwe wereldorde – hoe China sluipenderwijs de wereld overneemt”. – Amsterdam: Uitgeverij Balans, 2019. – 368 p.
[8] Geciteerd van https://www.trouw.nl/nieuws/china-pakt-ons-gewoon-in~bc482d03/ ; geraadpleegd op woensdag 22 april 2020.
[9] Martin Janssen, “Turkije zoekt naar rol in veranderde wereldorde”. In: Reformatorisch Dagblad, maandag 23 september 2019, p. 11 – rubriek: Blik op het Midden-Oosten.
[10] Zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Taoïsme ; geraadpleegd op woensdag 22 april 2020.
[11] Zie https://www.opendoors.nl/ranglijst ; geraadpleegd op woensdag 22 april 2020.
[12] Geciteerd van https://www.businessinsider.nl/xi-jinping-china-oorlog-religie/ ; geraadpleegd op woensdag 22 april 2020.
[13] Geciteerd van https://nl.wikipedia.org/wiki/Xi_Jinping ; geraadpleegd op woensdag 22 april 2020.
[14] Openbaring 21:6.

29 april 2020

Permanent alert

Filed under: Uncategorized — B. de Roos @ 07:00
Tags: , , ,

Proclameer het Evangelie!
Bazuin het maar rond, zo hard als je kan!

Paulus schrijft die woorden aan zijn jonge medewerker Timotheüs. Ze staan in 2 Timotheüs 4.

Paulus noteert nog meer.
Misschien willen de mensen niet naar dat Evangelie luisteren, merkt hij op. Maar de mensen moeten Gods blijde boodschap wel kennen. Waarom? Omdat ooit het moment zal aanbreken waarop Jezus Christus, de Heiland, weer naar de aarde zal komen. Dan zal Hij over het werk van alle mensen een oordeel vellen.

De brief van de apostel Paulus is ernstig van toon.
En het wordt nog zwaarder. Nog kritischer.
Massa’s mensen gaan achter leiders aanlopen die zij zelf uitzoeken. De waarheid van het Evangelie? – daar hebben zij geen zin meer in. Nee, zij werken liever hun eigen religieuze ideeën uit. Ze werken ’t liefst aan eigen godsdienstige vormen.
Paulus zegt: Timotheüs, jongen, trek je daar vooral niks van aan. Ga maar gewoon door met je evangelisatiewerk, wat er ook gebeurt.
Paulus schrijft ook over zichzelf. Ik ben, schrijft hij, aan het einde van mijn leven gekomen. Ergens in de 60 is hij. En Paulus is bijna bij de aardse eindstreep. Maar de apostel weet het zeker: de Here zal hem belonen voor zijn werk en zijn trouw.
Heel veel medewerkers hebben hem verlaten. In Paulus’ leven is dat wel vaker voorgekomen. Toen hij bij de keizer moest komen was er ook niemand die hem hielp. Maar – ondanks alles – heeft hij altijd het Evangelie kunnen verkondigen. En Paulus weet het zeker: “En de Heere zal mij bevrijden van alle boze opzet en mij verlossen tot de komst van Zijn hemels Koninkrijk. Hem zij de heerlijkheid tot in alle eeuwigheid. ​Amen”[1].

Wat heeft dit alles ons, anno Domini 2020, te zeggen?
In ieder geval dit. Er worden allerlei al of niet blijde boodschappen rondgebazuind.
Steeds minder mensen gaan naar een kerk. En er is meer.
De Nederlandse schrijfster en journaliste Yvonne Zonderop zei eens: kerklidmaatschap “zegt eigenlijk niets over of mensen nu geloven of niet”. En: “Onderzoek heeft uitgewezen dat ook mensen die wel naar de kerk gaan, hun eigen ideeën hebben en niet per se allemaal geloven wat de dominee of pastoor ze vertelt”. En: “Het hele idee dat er twee soorten mensen zijn, namelijk gelovig en ongelovig, doet geen recht aan de veelvormige werkelijkheid”[2].
In die omstandigheden moet de kerk het Evangelie brengen. Dat lijkt onbegonnen werk. De Gereformeerde levensovertuiging is, kort door de bocht gezegd, één van de honderdduizend manieren waarop men tegen het leven aan kan kijken.
Niettemin is het belangrijk om dat Evangelie te blijven verkondigen.

Intussen is het voor de kerkgangers van de eenentwintigste eeuw van levensbelang om niet te gaan relativeren.
Zo van: in onze kerk is de prediking vaak wat mager; maar via een internetkerkdienst van een meer orthodoxe kerk kunnen wij wel wat bijvoeding krijgen. Want om nu echt naar een andere kerk te vertrekken… – ach, dat is wat te rigoureus. Wij zijn nog niet zover. Wij hebben al eens éérder een kerkelijke overgang gemaakt. Moet dat nu weer? Bovendien – wij zijn al wat ouder. En onze kinderen…
Laten wij ervoor zorgen dat wij het Paulus in 2 Timotheüs 4 na kunnen blijven zeggen: “En de Heere zal mij bevrijden van alle boze opzet en mij verlossen tot de komst van Zijn hemels Koninkrijk. Hem zij de heerlijkheid tot in alle eeuwigheid”.

‘De Here zal mij verlossen’. Soizo staat daar. Dat betekent: redden van de dood, verlossen uit doodsgevaar.
Het is dus ernst. De vijand komt steeds dichterbij. De dood komt op kousenvoeten op ons af. Gods kinderen moeten daarom permanent alert blijven. Want voordat ze ’t weten zijn ze er geweest… Steeds weer is de vraag: moeten we op de vlucht slaan, weg van het onheil? Oftewel: zijn we klaar om weg te wezen als het moet?
Zeg niet: zo’n kerkelijke overgang is alleen iets voor mensen die redelijk veel afweten van de Bijbel. Zo’n kerkelijke overgang is alleen iets voor mensen die de theologische discussies een beetje volgen. Nee, de Gereformeerde leer is niet slechts iets voor geleerde mensen. Trouwens – Paulus blijkt ook een gewone man. Hij heeft ergens een jas laten liggen. En hij doet in 2 Timotheüs 4 gewoon de groeten. Leest u maar mee: “Breng, wanneer u komt, de reismantel mee die ik in Troas bij Carpus achtergelaten heb, en de boeken, vooral de perkamenten”[3]. En: “Groet ​Prisca​ en Aquila, en het huis van Onesiforus. Erastus is in Corinthe gebleven en Trofimus heb ik in Milete ​ziek​ achtergelaten. Beijver u om voor de winter te komen. U groeten Eubulus, Pudens, Linus, Claudia en alle broeders”[4].

Het is ernst. De vijand komt steeds dichterbij.
Maar er zijn vaak allerlei omstandigheden die ons beletten om stappen te maken. Onze persoonlijke situatie, bijvoorbeeld. Of de coronacrisis, bijvoorbeeld.
U weet wel – net als bij dat zaad in Mattheüs 13: “Een ander deel viel tussen de dorens; en de dorens kwamen op en verstikten het”[5]. Jezus zegt: “En bij wie in de dorens ​gezaaid​ is, dat is hij die het Woord hoort; maar de zorgen van deze wereld en de verleiding van de rijkdom verstikken het Woord, en het wordt onvruchtbaar”[6].

Ach – misschien denkt u: komt het nog wel goed met mij? De boodschap is zo ernstig! De keus is zo moeilijk!
Laten we nog één keer die tekst uit het begin van dit artikel repeteren: “En de Heere zal mij bevrijden van alle boze opzet en mij verlossen tot de komst van Zijn hemels Koninkrijk. Hem zij de heerlijkheid tot in alle eeuwigheid. ​Amen”.
Die gecursiveerde woorden maken het wel duidelijk: wie tot keuzes geroepen wordt, moet letten op de Heiland; en niet op zichzelf.

Noten:
[1] 2 Timotheüs 4:18.
[2] Geciteerd van https://www.scientias.nl/ongelovig-nederland-is-stiekem-nog-lang-niet-klaar-met-religie/ ; geraadpleegd op dinsdag 21 april 2020. Het geciteerde artikel is gedateerd op zaterdag 27 oktober 2018.
[3] 1 Timotheüs 4:13.
[4] 1 Timotheüs 4:19, 20 en 21.
[5] Mattheüs 13:17.
[6] Mattheüs 13:22.

28 april 2020

Geestelijk spreken

Filed under: Uncategorized — B. de Roos @ 07:00
Tags: , ,

‘Wij moeten op een Geestelijke manier met elkaar spreken’. Dat is een wijze van zeggen die men in de Gereformeerde wereld nog wel eens horen kan. Maar wat betekent dat eigenlijk?

Op deze internetpagina is al eens geschreven: “Geestelijk spreken, dat betekent: gemeenteleden worden in hun persoonlijke situatie bemoedigd, vertroost, gezegend en gewaarschuwd. Het houdt ook in dat ongelovige toehoorders door God op hun leven worden aangesproken. (…) Ook al is ons geloof ijzersterk en hebben we alle dogma’s volstrekt correct in ons hoofd zitten – dan is het nog zo dat we in de kerk een onvoldoende krijgen. Zonder liefde is het kerklidmaatschap op geen enkele manier nuttig”[1].
Geestelijk spreken: dat is in de eerste plaats liefdevol spreken.
Wie Geestelijk spreekt gaat niet te kort door de bocht. Zijn manier van spreken en schrijven is niet bars, grimmig en nors.

Er is meer.
De apostel Paulus noteert in 1 Corinthiërs 2: “En wij spreken wijsheid onder de geestelijk volwassenen, maar een wijsheid niet van deze wereld, en ook niet van de leiders van deze wereld, die tenietgedaan worden. Wij spreken echter de wijsheid van God, als een geheimenis; een wijsheid die verborgen was en die God vóór alle eeuwen voorbestemd heeft tot onze heerlijkheid; een wijsheid die niemand van de leiders van deze wereld gekend heeft. Immers, als zij die gekend hadden, zouden zij de Heere der heerlijkheid niet gekruisigd hebben. Maar het is zoals geschreven staat: Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en in geen mensenhart is opgekomen, dat is wat God bereid heeft voor hen die Hem ​liefhebben”[2].
Geestelijk spreken heeft de wijsheid die God ons leert als basis.

Dat is dus geen kennis die we opdoen via de krant, of via een persconferentie van de regering, of via het NOS-journaal.
Het is wijsheid die alles te maken heeft met het feit dat gelovige kerkmensen leven met de Heiland. In de kerk wonen wij, om zo te zeggen, in één leefgemeenschap met Jezus Christus. Wij kunnen altijd naar Hem toe. Natuurlijk – de Heiland zetelt nu op Zijn troon in de hemel. Hij woont niet naast de deur. Maar de weg naar de troonzaal van Jezus Christus is voor de kerk nooit afgesloten. En de deur van de troonzaal is voor de kerk nooit op slot. Met andere woorden: de kerk kan in haar gebeden altijd naar Jezus toe gaan.
Paulus legt het in zijn brief aan christenen in Efeze zo uit: “Mij, de allerminste van alle ​heiligen, is deze ​genade​ gegeven, om onder de heidenen door het ​Evangelie​ de onnaspeurlijke rijkdom van ​Christus​ te verkondigen, en allen te verlichten, opdat zij mogen begrijpen wat de gemeenschap aan het geheimenis inhoudt, dat door de eeuwen heen verborgen is geweest in God, Die alle dingen geschapen heeft door ​Jezus​ ​Christus, opdat nu door de ​gemeente​ aan de overheden en de machten in de hemelse gewesten de veelvuldige wijsheid van God bekendgemaakt zou worden, volgens het eeuwige voornemen dat Hij gemaakt heeft in ​Christus​ ​Jezus, onze Heere. In Hem hebben wij de vrijmoedigheid en de toegang met vertrouwen, door het geloof in Hem”[3].

Geestelijk spreken en schrijven begint, als het goed is, altijd met de vraag: is dit mijn eigen mening of baseer ik dit op de Goddelijke veelvuldige wijsheid?
Wij moeten ons steeds afvragen of we met datgene wat wij spreken of schrijven bij Jezus kunnen aankomen. Wij moeten bedenken of ons bidden zo is dat wij de God die ons geschapen heeft, de eer geven die Hem toekomt.
Daarbij moeten wij steeds bedenken dat de hemelse God nog altijd werkt. Misschien hebben wij de neiging om te denken dat het vroeger allemaal beter was. Wellicht denken we: vandaag is het allemaal niks meer… Maar de God van het verbond werkt ook in 2020 verder aan Zijn plan. Onze God is geen Machthebber die handenwrijvend aan de zijlijn staat.
Hij werkt ook vandaag in de kerk. Misschien bewerkstelligt Hij wel dingen waar wij nogal wat vragen bij hebben. Maar ook dan moeten wij Geestelijk denken en spreken. Wij moeten vragen: is datgene wat hier gebeurt tot Gods eer, of niet?

Geestelijk spreken betekent niet dat wij eensklaps een beetje zweverig gaan zitten doen.
Dat deed Paulus in Corinthe ook niet. Hij deed daar zijn werk als een gewoon mens: “En ik was bij u in zwakheid, met vrees en veel beven”[4].
Geestelijk spreken – dat moeten wij doen in het concrete leven van 2020. En laten wij maar eerlijk zijn: de beperkingen waarmee de wereldburgers moeten leven vanwege alle beperkingen in verband met het coronavirus maken het er soms niet makkelijker op.
Laten wij het de apostel Paulus, mutatis mutandis, maar nazeggen: mijn spreken bestaat niet in overtuigende woorden van menselijke wijsheid, maar in het betonen van geest en kracht, opdat ons geloof niet zou bestaan in wijsheid van mensen, maar in kracht van God[5].

Noten:
[1] Geciteerd uit mijn artikel ‘De liefde gaat boven alles’, hier gepubliceerd op vrijdag 26 juli 2019. Te vinden op https://bderoos.wordpress.com/2019/07/26/de-liefde-gaat-boven-alles/ .
[2] 1 Corinthiërs 2:6-9.
[3] Efeziërs 3:8-12.
[4] 1 Corinthiërs 2:3.
[5] Paulus schrijft in 1 Corinthiërs 2:4 en 5: “En mijn spreken en mijn prediking bestonden niet in overtuigende woorden van menselijke wijsheid, maar in het betonen van geest en kracht, opdat uw geloof niet zou bestaan in wijsheid van mensen, maar in kracht van God”.

27 april 2020

Door moeilijke tijden heen gedragen

Koningsdag 2020 zal ons nog lang heugen. Niet omdat deze dag bol staat van het feestgedruis. Maar juist omdat velen, vanwege de omstandigheden, thuis blijven. Het programma “begint om 9.45 uur met het luiden van de klokken door het hele land. Om 10.10 uur begint op televisie een speciaal NOS-programma met een terugblik op voorgaande Koningsdagen.
Om 12.00 uur luidt de bel voor de digitale kleedjesmarkt, een vrijmarkt op internet. Kinderen zijn van harte uitgenodigd om een digitale brief aan de koning te sturen, waarin ze naast een felicitatie ook vertellen wat de coronacrisis met hen doet. De brieven worden gebundeld en ’s middags aan de koning aangeboden.
Het is de bedoeling dat de dag wordt afgesloten met een thuistoost. Om 16.00 uur heft iedereen het glas op de koning, die 53 jaar wordt”[1].
Als er al van uitbundigheid sprake is, dan is dat achter de voordeur.

Ruim een maand geleden zei Zijne Majesteit koning Willem Alexander in een televisietoespraak naar aanleiding van de crisis: “Wij mogen ook trots zijn op de deskundigen van het RIVM, de GGD’s en op alle andere instellingen en experts die ons op basis van wetenschappelijk onderzoek en ervaringskennis de weg wijzen. Zij staan onder hoge druk. Het is belangrijk dat we hun ons vertrouwen blijven geven en alle aanwijzingen opvolgen. Zij hebben maar één doel voor ogen en dat is dat wij samen zo goed mogelijk door deze crisis komen en dat de risico’s voor kwetsbare mensen zo klein mogelijk blijven.
We beseffen ook maar al te goed hoe onmisbaar de mensen zijn die voorkomen dat onze samenleving stilvalt. Mensen in de logistiek, de supermarkten, de schoonmaak, de ICT, het onderwijs, de kinderopvang, het openbaar vervoer, bij de politie en op al die andere plekken.
U ‘draagt’ ons door deze moeilijke tijd heen”[2].

In zekere zin heeft de vorst natuurlijk gelijk. Het is prachtig dat er in ons land zoveel deskundigheid is. De grote inzet van velen helpt ons de moeiten te dragen.

Maar er draagt nog Iemand mee. Iemand met een hoofdletter. Leest u maar mee in Romeinen 8: “En evenzo komt ook de Geest onze zwakheden te hulp, want wij weten niet wat wij ​bidden​ zullen zoals het behoort. De Geest Zelf echter pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen”[3].

Het is ronduit droevig dat contact met God en gebed tot God in het geheel niet in die televisietoespraak aan de orde kwamen.
Men kan zeggen dat in Nederland heel veel mensen wonen die niet in God geloven. Dat is waar.
Niettemin is de Bijbel het Woord voor de wereld. Paulus schrijft in datzelfde Romeinen 8: “Want wij weten dat heel de schepping gezamenlijk zucht en gezamenlijk in barensnood verkeert tot nu toe”[4]. Ja, heel de schepping is in nood. Heel de aarde is in de crisis.
Als Iemand dat weet is het wel de God van hemel en aarde!
Het is de taak van de landsvorst om op die Koning te wijzen.
Natuurlijk zullen dan velen zeggen: daar hebben wij niet om gevraagd…. Om Hem hebben wij toch niet gevraagd? Maar laten wij wel wezen: er is ook niemand die om de crisis heeft gevraagd, is het wel?

Koning Willem-Alexander had het moeten zeggen: “En evenzo komt ook de Geest onze zwakheden te hulp”.
De schepping zucht.
De gelovigen zuchten.
Heel de kerk zucht.
En ja, de Heilige Geest zucht ook. Niet vanwege Zijn eigen zwakheid – natuurlijk niet. Maar wel vanwege de zwaktes in onze gebeden.

En daar raken wij een belangrijk punt: heel de schepping moet in het gebed met haar nood naar God toe gaan.
Het is de slogan van deze tijd: alleen samen krijgen wij corona onder controle. Eerlijk is eerlijk: dat is niet de sterkste slagzin van de laatste tijd; allesbehalve dat! COVID-19 komt pas onder controle als er een medicijn en een vaccin op de markt komen. Samen met de Nederlandse bevolking wil men een te snelle verspreiding van het virus onder controle krijgen, om te voorkomen dat er 100.000 mensen voor één ziekenhuis staan.
Maar dat daargelaten – de kwestie is: samen met de Here krijgt men het virus onder controle!
Wij moeten bidden tot God. Want Psalm 3 is waar:
“Sta op, verlos mij HEER!
U hebt uw naam ter eer,
gesmaad de goddelozen.
U toont uw grote macht,
verbrijzelt door uw kracht
de tanden van de bozen.
Bij God de HERE, is
mijn hulp en troost gewis”[5].

Koning Willem-Alexander zei in zijn televisietoespraak: “U allen zorgt ervoor dat ondanks de verlamming van het openbare leven, het hart van onze samenleving blijft kloppen. Alertheid, solidariteit en warmte: zolang we die drie vasthouden kunnen we deze crisis samen aan, ook als het wat langer gaat duren”.
Dat klinkt stoer. Maar COVID-19 laat nu juist zien dat mannen, vrouwen en kinderen zomaar van elkaar gescheiden kunnen worden; door een agressief virus dat door mensen overgedragen wordt
Intussen behoren Gereformeerden, ook vandaag, Gods Woord te laten spreken: “En wij weten dat voor hen die God ​liefhebben, alle dingen meewerken ten goede, voor hen namelijk die overeenkomstig Zijn voornemen geroepen zijn”[6].
Onze God draagt ons naar de toekomst!

Noten:
[1] Geciteerd van https://nos.nl/artikel/2330500-corona-maakt-van-koningsdag-dit-jaar-woningsdag.html ; geraadpleegd op maandag 20 april 2020.
[2] Geciteerd van https://www.koninklijkhuis.nl/documenten/toespraken/2020/03/20/toespraak-koning-willem-alexander-in-verband-met-het-coronavirus ; geraadpleegd op maandag 20 april 2020.
[3] Romeinen 8:26.
[4] Romeinen 8:22.
[5] Dit zijn regels uit Psalm 3:3 – berijmd; Gereformeerd Kerkboek-1986.
[6] Romeinen 8:28.

24 april 2020

Anderhalve meter

Filed under: Uncategorized — B. de Roos @ 07:00
Tags: , , , ,

“De HEERE is bij mij, ik ben niet bevreesd.
Wat kan een mens mij doen?”
Deze tekst komt uit Psalm 118[1]. En laten we wel wezen: het is een tekst die in deze tijd niet zo passend lijkt. Immers – voordat wij ’t weten zijn wij besmet met COVID-19. Men kan dus met recht opmerken: een mens kan mij van alles aandoen!

Maar waar gaat het in deze Psalm om?
Antwoord: God heeft een verbond met mensen; en dat verbond is eeuwig!
De componist van Psalm 118 had Gods hulp dringend nodig. De vijanden zwermden als een stel hinderlijke muggen om de dichter heen.
Maar toen kwam Gods redding! Uitzichtloosheid werd weer wijde horizon. Er kwam weer ruimte voor ontplooiing van het leven. Alleen daarom al moet iedereen God loven. En dat geldt zeker voor de kerk:
“Dit zij het lied der priesterkoren:
Zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Gij, die den HEER vreest, laat het horen:
Zijn liefde duurt in eeuwigheid”[2].

De dichter van Psalm 118 blijkt echter eerst en vooral een profeet te zijn:
“De steen die de bouwers verworpen hadden,
is tot een ​hoeksteen​ geworden.
Dit is door de HEERE geschied,
het is wonderlijk in onze ogen”[3].

In Lucas 20 past Jezus deze woorden op Zichzelf toe. Hij vertelt daar een gelijkenis over slechte landbouwers. Zo maakt Hij Zijn eigen positie duidelijk.
De gelijkenis gaat als volgt.
Een eigenaar van een wijngaard, verhuurt die aan een paar boeren en vertrekt naar het buitenland. In de oogsttijd stuurt hij een afgevaardigde om zijn deel van de wijn op te eisen. Die afgevaardigde wordt echter mishandeld en onverrichterzake weggestuurd. Een tweede en derde afgezant overkomt precies hetzelfde. “En de ​heer​ van de wijngaard zei: Wat zal ik doen? Ik zal mijn geliefde zoon sturen. Als zij deze zien, zullen zij mogelijk ontzag voor hem hebben. Maar toen de landbouwers hem zagen, overlegden zij onder elkaar en zeiden: Dit is de erfgenaam. Kom, laten we hem doden, opdat de ​erfenis​ van ons zal worden. En toen zij hem buiten de wijngaard geworpen hadden, doodden zij hem. Wat zal dan de ​heer​ van de wijngaard met hen doen? Hij zal komen en die landbouwers ombrengen en zal de wijngaard aan anderen geven. En toen zij dit hoorden, zeiden zij: Dat nooit. Maar Hij keek hen aan en zei: Wat betekent dan dit wat geschreven staat: De steen die de bouwers verworpen hebben, is tot een ​hoeksteen​ geworden? Ieder die op die steen valt, zal verpletterd worden en op wie hij valt, die zal hij vermorzelen”[4].
Niemand, helemaal niemand kan om Jezus Christus heen. Wie Hem ontmoet wordt tot een keuze gedwongen: voor of tegen Hem!
Die boodschap komt bij de Schriftgeleerden pijnlijk hard aan…

In Handelingen 4 is het Pinksteren geweest. Petrus en Johannes staan voor het Sanhedrin. Een hoofdstuk eerder – in Handelingen 3 – is een kreupele genezen. En de apostelen moeten maar eens uitleggen hoe dat toch mogelijk is. Petrus voert het woord. Aangestuurd door Gods Heilige Geest zegt hij: “Leiders van het volk en oudsten van Israël! Wanneer wij vandaag ondervraagd worden over de weldaad aan een zieke man bewezen, waardoor hij gezond geworden is, laat het dan bij u allen en bij heel het volk Israël bekend zijn dat door de Naam van ​Jezus​ ​Christus, de Nazarener, Die u gekruisigd hebt maar Die God uit de doden opgewekt heeft, dat door Hem deze man hier gezond voor u staat. Deze Jezus is de steen die door u, de bouwers, veracht werd, maar Die de ​hoeksteen​ geworden is. En de zaligheid is in geen ander, want er is onder de hemel geen andere Naam onder de mensen gegeven waardoor wij zalig moeten worden”[5].

Petrus werkt dat in zijn eerste algemene brief uit: “… kom naar Hem toe als naar een levende steen, die wel door de mensen verworpen is, maar bij God ​uitverkoren​ en kostbaar, dan wordt u ook zelf, als levende stenen, gebouwd tot een geestelijk huis, tot een ​heilig​ priesterschap, om geestelijke offers te brengen, die God welgevallig zijn door ​Jezus​ ​Christus. Daarom staat er in de Schrift: Zie, Ik leg in ​Sion​ een ​hoeksteen​ die ​uitverkoren​ en kostbaar is; en: Wie in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden. Voor u dan, die gelooft, is Hij kostbaar; maar voor de ongehoorzamen geldt: De steen die de bouwers verworpen hebben, die is de ​hoeksteen​ geworden, en een steen des aanstoots en een struikelblok”[6].

Gods verbond is eeuwig.
Hoe kan dat? Antwoord: door Jezus Christus.
Om het met de eerste Zondag van de Heidelbergse Catechismus te zeggen: “Wat is uw enige troost in leven en sterven?
Antwoord:
Dat ik met lichaam en ziel, in leven en sterven, het eigendom ben, niet van mijzelf, maar van mijn trouwe Heiland Jezus Christus. Want Hij heeft met zijn kostbaar bloed voor al mijn zonden volkomen betaald en mij uit alle macht van de duivel verlost. Hij bewaart mij zo, dat zonder de wil van mijn hemelse vader geen haar van mijn hoofd kan vallen, ja zelfs zo, dat alles dienen moet tot mijn heil. Daarom geeft Hij mij door zijn Heilige Geest ook zekerheid van het eeuwige leven en maakt Hij mij van harte bereid om voortaan voor Hem te leven”[7].

Dat is de diepte van Psalm 118.
Daarom kan de schrijver van de brief aan de Hebreeën in hoofdstuk 13 noteren: “Wees tevreden met wat u hebt, want Hij heeft Zelf gezegd: Ik zal u beslist niet loslaten en Ik zal u beslist niet verlaten. Daarom zeggen wij met goede moed: De Heere is voor mij een Helper en ik zal niet vrezen. Wat zal een mens mij doen?”[8].

Wees tevreden met wat u hebt… en wat hebben wij momenteel?
Velen, zeer velen zijn bezig met de vormgeving van de anderhalve meter-samenleving. Anderhalve meter: dat is de voorgeschreven afstand tot elkaar om besmetting met COVID-19 te voorkomen. Dat is beperkend. Dat is vervelend. Soms is dat zelfs zo goed als onmogelijk. Hoe moet dat verder?
Welnu – Jezus heeft gezegd: Ik zal u beslist niet, beslist niet verlaten. Beslist niet – dat staat er twee keer. Ou me: twee keer staat dat er in het Grieks. Geenszins, betekent dat. En dat is waar. De Heiland is present, tot voorbij onze dood!
De Hebreeënschrijver noteert: “Denk aan uw voorgangers, die het Woord van God tot u gesproken hebben. Let op de uitkomst van hun levenswandel, en volg hun geloof na. Jezus ​Christus​ is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid”[9].
Kijk maar eens terug. Verder terug dan anderhalve meter.
En kijk maar gerust vooruit. Verder vooruit dan anderhalve meter.

De Hebreeënschrijver schrijft ook: “Want wij hebben hier geen blijvende stad, maar wij zoeken de toekomstige”[10].
Maar betekent dat nu dat Gereformeerden in het nieuwe normaal – zo heet dat: het nieuwe normaal – als engeltjes boven de wereld gaan zweven?
Toch niet.
Want die Hebreeënschrijver tekent aan: “Laten wij dan altijd door Hem een lofoffer brengen aan God, namelijk de vrucht van lippen die Zijn Naam belijden. En vergeet het weldoen en het onderlinge hulpbetoon niet, want aan zulke offers heeft God een welgevallen”[11].
Zo gaan wij op de eeuwigheid af.
Daar is alle afstand verdwenen!

Noten:
[1] Psalm 118:6.
[2] Dit zijn de laatste regels van Psalm 118:1 – berijmd; Gereformeerd Kerkboek-1986.
[3] Psalm 118:22 en 23.
[4] Lucas 20:13-18.
[5] Handelingen 4:8 b-12.
[6] 1 Petrus 2:4-7.
[7] Heidelbergse Catechismus – Zondag 1, antwoord 1.
[8] Hebreeën 13:5 en 6.
[9] Hebreeën 13:7 en 8.
[10] Hebreeën 13:14.
[11] Hebreeën 13:15 en 16.

23 april 2020

God is trouw, ook vandaag

Filed under: Uncategorized — B. de Roos @ 07:00
Tags: , ,

“Geloofd zij de HEERE, Die Zijn volk Israël rust gegeven heeft, overeenkomstig alles wat Hij gesproken heeft! Niet één woord is onvervuld gebleven van al Zijn goede woorden, die Hij gesproken heeft door de dienst van ​Mozes, Zijn dienaar. Moge de HEERE, onze God, met ons zijn, zoals Hij met onze vaderen is geweest. Moge Hij ons niet verlaten en ons niet in de steek laten, door ons ​hart​ voor Zich te winnen, zodat wij in al Zijn wegen gaan en Zijn geboden, Zijn verordeningen en Zijn bepalingen, die Hij onze vaderen geboden heeft, in acht nemen”.

Dit artikel begint met een lofprijzing. U vindt de tekst in 1 Koningen 8[1].
Aan zulke lof op God komen wij, op de keper beschouwd, weinig toe. Dat is eigenlijk wel merkwaardig. Massa’s medemensen zijn op dit moment heel veel thuis. Wat doen wij daar? Als we niet uitkijken klagen wij maar al te vaak over het gebrek aan bewegingsvrijheid. En over de gevaren die dreigen vanwege het coronavirus.
Misschien moeten wij ons prioriteitenlijstje weer eens kritisch bekijken!

Wat gebeurt er in 1 Koningen 8?
Eerder werd daarover al op deze plaats geschreven: Het is de tijd van “de inwijding van de tempel. Het gebedshuis ter ere van de Here is gereed. Het gebed dat Salomo bij die gelegenheid uitspreekt is in extenso in de Heilige Schrift opgenomen.
Daarna zegent Salomo het volk. Die zegen is feitelijk een lofprijzing en een lijst van vrome wensen in één. Het volk heeft rust gekregen. De Here is actief aanwezig. En dan wordt de situatie als vanzelf vredig. De wereld wordt in alle opzichten harmonieus. Salomo spreekt de wens uit dat de God van het verbond Zijn volk nimmer verlaten zal. Salomo hoopt vurig dat de Here in harten blijft werken. Dan zullen de Israëlieten op de wegen van de Here wandelen. Dan zal het recht zegevieren. In heel het land zullen billijkheid en eerlijkheid de toon aangeven.
Voor de Israëlieten is het daarom zaak om naar Gods geboden te leven. Heel het bestaan moet een offer voor de Here wezen: een dankoffer voor Hem!
Dat staat het volk scherp voor ogen.
De capaciteit van de offerplaats schiet tekort. Er is gewoon te weinig ruimte”[2].

De Here doet wat Hij belooft!
Dat belijden de Israëlieten in 1 Koningen 8 zonder enige reserve. En dat terwijl de geschiedenis van Israël niet bepaald bol staat van evenwicht, gemak, kalmte, rust en vrede.
De tien plagen hebben – soms bijna letterlijk – een hoop stof doen opwaaien.
Tijdens de reis door de woestijn was het volk geenszins de rust zelve. Integendeel. Het voorgeslacht van Israël heeft een hoop meegemaakt! Maar Israël bestaat nog altijd. Het volk kan de Here nog altijd dienen.

De Verbondsgod is altijd aanwezig geweest in het leven van Israëls voorvaderen. Daar was Hij volop actief! Zo wordt dat in 1 Koningen 8 beleden.
Vandaag de dag zijn wij wellicht geneigd dat enigszins te relativeren. Onze voorgeslachten gingen nog wel naar de kerk – jazeker. Maar nu? De ontkerkelijking verslaat haar tienduizenden. De kinderen en kleinkinderen vliegen overal heen. Als het meezit gaan zij nog ergens naar een kerkdienst; één keer per zondag, meer niet. Daarnaast er zijn ook veel gelovigen die de kerk voorbij rijden, op weg naar een natuurgebied dan wel een supermarkt. God dienen doen zij voornamelijk individueel. Het gaat erom hoe je er zelf in staat, nietwaar?

En eensklaps hangt daar de vraag in de lucht: is God vandaag nog wel actief?

Die vraag mogen we zonder aarzeling bevestigend beantwoorden. Daarmee is overigens niet gezegd dat die Goddelijke presentie altijd en alleen maar positieve dingen uitwerkt.
Laten we elkaar eerst op Jeremia 11 wijzen. De Here zegt daar: “Er is een samenzwering ontdekt onder de mannen van Juda en de inwoners van ​Jeruzalem. Zij zijn teruggekeerd tot de ongerechtigheden van hun voorvaderen, die geweigerd hebben naar Mijn woorden te luisteren. Wat hen betreft, zij zijn ​andere ​goden​ achternagegaan om die te dienen. Het ​huis​ van Israël en het ​huis​ van Juda hebben Mijn ​verbond​ verbroken, dat Ik met hun vaderen gesloten had. Daarom, zo zegt de HEERE: Zie, Ik ga over hen onheil brengen waaraan zij niet kunnen ontkomen. Als zij dan tot Mij roepen, zal Ik niet naar hen luisteren”[3].
God is erbij!
Hij laat Zijn stem horen!
Nee, Israël wordt daar beslist niet vrolijk van. Maar niemand kan naar waarheid beweren dat de hemelse Heer werkeloos toeziet.
Zou het kunnen gebeuren dat de Schepper van hemel en aarde op een bepaald moment zich voor altijd toornig van Zijn maaksel afkeert?[4]
Nee, dat gaat niet gebeuren.
Denkt u maar aan Exodus 3, waar de Here tegen Mozes zegt: “Voorzeker, Ik zal met u zijn, en dit zal voor u het teken zijn dat Ík u gezonden heb: Als u het volk uit ​Egypte​ geleid hebt, zult u God dienen op deze berg”.
En:
“Ik ben die Ik ben. Ook zei Hij: Dit moet u tegen de Israëlieten zeggen: Ik Ben heeft mij naar u toe gezonden”.
En:
“De HEERE, de God van uw vaderen, de God van ​Abraham, de God van Izak en de God van ​Jakob, heeft mij naar u toe gezonden. Dit is voor eeuwig Mijn Naam, dit is Mijn Naam ter gedachtenis, van generatie op generatie”[5].
Bij de inneming van het land Kanaän zegt God tegen Jozua: “Heb Ik het u niet geboden? Wees sterk en moedig, schrik niet en wees niet ontsteld, want de HEERE, uw God, is met u, overal waar u heen gaat”[6].
Als Gideon in Richteren 6 Gods volk gaat verdedigen, zegt God: “Omdat Ik met u zal zijn, zult u Midian verslaan alsof het maar één man was”[7].
In 2 Samuël 7 zegt God over Salomo’s regeringsperiode: “Maar Mijn goedertierenheid zal van hem niet wijken, zoals Ik die deed wijken van ​Saul, die Ik voor uw ogen weggenomen heb. Uw ​huis​ en uw koningschap zullen voor uw ogen voor eeuwig vaststaan, uw ​troon​ zal voor eeuwig zeker zijn”[8].
Ja, het staat er echt: voor eeuwig zeker!
Trouwens, in Psalm 111 zingen wij:
“De HERE heeft zijn volk gered
en het geheiligd door zijn wet,
voor eeuwig zijn verbond gesloten.
Zijn naam is groot in heiligheid
en zeer geducht, vol heerlijkheid.
Hij is nabij zijn gunstgenoten”[9].
En in Psalm 117:
“Looft, alle volken, looft den HEER,
roemt, alle naties, roemt zijn eer.
Want over ons is groot en wijd
zijn gunst en goedertierenheid,
voor eeuwig blijft zijn trouw bestaan.
Heft met ons Halleluja aan!”[10].
Kortom – onze God is nooit helemaal afwezig. Hij blijft trouw. In goede en in slechte tijden. Met zegen of met straf. Laten wij dus ons nooit van Hém afkeren!

Alpha Nederland meldt ons: “Een op de drie Nederlanders -33 procent- denkt nu méér na over de zin van het leven dan voor de coronacrisis. Dat concludeert Alpha Nederland uit een eigen onderzoek. Daarbij bestaat er ook duidelijk een behoefte om meer over zingeving te praten, net als over gezondheid -79 procent geeft dat aan- en vriendschap -43 procent-”[11][12].
Dat klinkt hoopgevend.
Maar ‘zingeving’ is een begrip van een bijkans onafzienbare breedte.
Laten wij maar helder wezen: onze Schepper vraagt ons niet hoe wij zin geven aan ons leven.
Laten wij het de Israëlieten maar nazeggen: “Geloofd zij de HEERE”!

Noten:
[1] 1 Koningen 8:56, 57 en 58.
[2] Geciteerd uit mijn artikel ‘Feestelijk abcd van de kerk’, hier gepubliceerd op 1 december 2017. Te vinden op https://bderoos.wordpress.com/2017/12/01/feestelijk-abcd-van-de-kerk/ .
[3] Jeremia 11:9, 10 en 11.
[4] In het onderstaande gebruik ik de onlineversie van de Studiebijbel; commentaar bij 1 Koningen 8:54-61. Zie https://online.studiebijbel.nl/ ; geraadpleegd op donderdag 16 april 2020.
[5] Achtereenvolgens citeer ik de verzen 12, 14 en 15 uit Exodus 3.
[6] Jozua 1:9.
[7] Richteren 6:16.
[8] 2 Samuël 7:15 en 16.
[9] Psalm 111:5 – berijmd; Gereformeerd Kerkboek-1986.
[10] Psalm 117 – berijmd; Gereformeerd Kerkboek-1986.
[11] “Vraag naar zingeving groeit door corona”. In: Nederlands Dagblad, donderdag 16 april 2020, p. 2.
[12] Alpha Nederland houdt zich bezig met evangelisatie, het opnieuw bezielen van de kerk en transformatie van de maatschappij.

Volgende pagina »

Blog op WordPress.com.