Aan koffietafels en tijdens verenigingsavonden wordt in de Gereformeerde wereld van de eenentwintigste eeuw niet zelden geredekaveld over ‘verontrusten’.
Een ietwat argeloos kerkmens zou kunnen denken dat dat alleen iets van deze tijd is. Ei neen! Niets is minder waar!
Ook in 1972 spreekt men er al van.
In maart van dat jaar staat in een editie van het Nederlands Dagblad een krantenkop: “Verontrusten waren in Groningen bijeen”[1].
Men meldt: “In Groningen werd een landelijke bijeenkomst voor verontrusten gehouden, belegd door de persvereniging ‘Waarheid en Eenheid’ en de Vereniging van Verontrusten in de Geref. Kerken ‘Schrift en Belijdenis’” [moet waarschijnlijk zijn: Schrift en Getuigenis, BdR].
Hier zijn de toenmalige Gereformeerde kerken (synodaal) bedoeld. Dus: de kerkmensen die in 1944 niet met de Vrijmaking waren meegegaan, en hun nazaten. Dit weekblad voor het gereformeerde leven verschijnt, als ik het goed weet, in de periode juli 1948 tot december 1996[2].
Waar spreekt men over tijdens die landelijke bijeenkomst?
Over de reformatorische belijdenis van de verzoening. Dr. E. Masselink houdt een referaat.
Die dominee Evert Masselink (1906-1993) is, wat mij betreft, een nogal bijzondere figuur. Hij wordt bekend door het protest dat hij aantekent tegen het onrecht dat professor dr. K. Schilder indertijd aangedaan is toen hij geschorst werd. Dr. Masselink schrijft tot het laatst van zijn leven over allerlei actuele ontwikkelingen in de kerken. Hij is zeer verontrust over de koers van zijn eigen kerkverband.
Juist daarom vind ik Masselink een bijzondere man. Want dat kan dus, uw ganse aardse leven verontrust zijn. Het is goed mogelijk dat men het in de grond van de zaak eens is met mensen die gewoon Gereformeerd willen blijven, maar dat men zich vervolgens niet bij die Gereformeerden aansluit. Bijvoorbeeld vanwege allerlei nuanceringen. Of bijvoorbeeld vanwege beweegredenen in het sociale vlak.
In dergelijke situaties zit er weinig anders op dan ach en wee te roepen. En natuurlijk kan men uitleggen hoe het wel moet. Maar dat gebeurt dan wel aan de zijlijn. Dat gebeurt in een sfeer waarin mensen zoetjes aan bij God weglopen. Voorzichtiglijk, maar toch.
Wat is mijn conclusie in deze?
Gereformeerd-zijn vereist enige courage. Een zekere dapperheid. Natuurlijk, zachtmoedigheid is een groot goed. Trouw is belangrijk. Maar als de Here roept, kan men niet net doen alsof men niets hoort!
Wat zegt doctor Masselink?
Hij spreekt dus over de belijdenis betreffende de verzoening.
“”Het lijkt niet zo actueel om vandaag over dit onderwerp te spreken” (…) De belijdenis is reeds 400 jaar oud. Elke generatie heeft zijn eigen taak en in elke generatie klinkt het Woord van de Heiland, dat nooit verandert in een wereld, die steeds weer verandert. Het evangelie gaat over alle generaties, maar de zonde ook. Waar valt dan de beslissing? Bij een schot? (…) Bij een persoon? (Hitler). De beslissing valt bij het volk van God, in elk leven waar geloof is. In de tijd van de reformatie heerste de theologische opvatting over natuur en genade; de natuur was verzwakt, moest gewijd worden en de kerk deelt de genade uit aan de verziekte natuur.
Luther vond daarin geen vrede en kwam tot de ontdekking, dat je niet om de bijbel heen kunt. De verhouding is zonde-genade en de genade van Christus is genoeg; zonder kerkbemiddeling, geen werken der wet, maar het geloof alleen.
God is bezig de wereld met zichzelf te verzoenen. Er is maar één die ons ons schuldbesef kan bijbrengen. De Zoon des Mensen is in de wereld gekomen om te dienen, niet om gediend te worden en op die genade zei Luther ‘ja’”.
Ook in 2017 hebben kerkmensen de taak om het Woord van de Heiland na te spreken.
Daar moeten wij niets van af doen. Die neiging hebben wij allen wel. We zeggen dingen liever niet omdat ze in onze wereld niet goed klinken.
Het is niet tof om te zeggen dat de Roomse mis een afgoderij is. Een vervloekte afgoderij, nog wel[3].
Het wordt niet met vreugde ontvangen als u belijdt: “God heeft uitverkoren niet omdat Hij tevoren in de mens geloof, gehoorzaamheid van het geloof, heiligheid of een andere goede eigenschap of aanleg zag, die als oorzaak of voorwaarde in de mens, die uitverkoren zou worden, aanwezig moest zijn. Integendeel, Hij heeft uitverkoren opdat Hij geloof, gehoorzaamheid van het geloof, heiligheid enzovoort zou bewerken”[4]. Wie hardop zegt dat de mens in de grond der zaak door de zonde bedorven is, wordt uitgelachen en weggehoond.
Het is niet in de mode om vast te stellen dat wij “geen enkel ander middel hoeven te zoeken of uit te denken om ons met God te verzoenen naast dit ene, eens voor altijd gebrachte offer, dat de gelovigen voor eeuwig tot volmaaktheid brengt”[5].
Wij worden er, als wij Gods Woord zuiver en onverkort naspreken, niet populairder op in deze wereld.
Dominee Masselink herinnert in zijn referaat aan de leer van dr. H. Wiersinga.
Wiersinga meent “dat het niet in Gods programma stond en dat het de menselijke werking was die Hem de vloek van het kruis aandeed en niet God”.
Er staat in het ND-verslag bij:
“Dr. W. wijst ook veel stukken van de catechismus en artikel 20 en 21 NGB af. Hij ontkent de waarde van de verzoening van Christus en hierbij doet hij dus tekort aan het evangelie voor zondaren.
Er is hier een hele trend gaande die het evangelie in het hart raakt. Het gaat niet om mensen, maar om het Woord van God, dat is de Reformatorische belijdenis van de verzoening”.
Hoe is de situatie in onze tijd?
De verzoeningsleer staat in het onderwijs van de Gereformeerd-vrijgemaakte Theologische Universiteit Kampen onder druk. Deze zaak blijkt – hoe droevig dat ook is – opnieuw actueel te zijn geworden[6]!
Doctor Masselink heeft blijkens het verslag in het Nederlands Dagblad gezegd: “Het gaat niet om mensen, maar om het Woord van God”.
Inderdaad: dat is van eminent belang. Ook in de eenentwintigste eeuw. Wie dat Woord onverkort handhaaft, vindt zijn rust weer terug.
En ik noteer het tenslotte nog eens met nadruk: laten wij niet gedurende heel ons aardse leven verontrust blijven!
Noten:
[1] “Verontrusten waren in Groningen bijeen”. In: Nederlands Dagblad, woensdag 15 maart 1972, p. 2.
[2] Zie http://www.hdc.vu.nl/nl/Images/Waarheid_en_Eenheid_tcm215-132976.pdf ; geraadpleegd op dinsdag 28 februari 2017.
[3] Heidelbergse Catechismus – Zondag 30, antwoord 80.
[4] Dordtse Leerregels, hoofdstuk I, artikel 9.
[5] Nederlandse Geloofsbelijdenis, artikel 21.
[6] Hierover schreef ik op deze plaats reeds vaker. U kunt de betreffende artikelen vinden via https://bderoos.wordpress.com/tag/j-m-burger/ .