gereformeerd leven in nederland

9 januari 2024

Engelen brengen scheiding in de wereld

Filed under: Uncategorized — B. de Roos @ 07:00
Tags: , , ,

Bestaan engelen? En wat merken we van hen? Daar is altijd wel discussie over.
En nee, dat is niet iets van vandaag of gisteren.
Leest u maar mee in Handelingen 23: “En Paulus, die wist dat het ene deel bestond uit Sadduceeën en het andere uit Farizeeën, riep in de Raad: Mannenbroeders, ik ben een Farizeeër en zoon van een Farizeeër. Ik word geoordeeld over de hoop en de opstanding van de doden. En toen hij dat gezegd had, ontstond er onenigheid tussen de Farizeeën en de Sadduceeën, en de menigte raakte verdeeld. De Sadduceeën zeggen namelijk dat er geen opstanding is en geen engel of geest, maar de Farizeeën belijden het beide”[1].

Mensen die aan het aardse hechten hebben niks met engelen. Voor gelovigen geldt het tegendeel.
Het leven is veelal plat en gelijkvloers geworden. Voor velen draait alles om huisje, boompje en wat daar verder volgt. Jazeker, het geloof in engelen is er nog wel. Maar alleen als het uitkomt – bij ongelukken in het verkeer bijvoorbeeld. Dan zijn er opeens engeltjes op onze schouders.

Theologen uit vroeger tijden hadden het er maar moeilijk mee. Hun redeneertrant was vaak verstandelijk.  In Gods Woord komt men engelen echter vaak tegen. Ontkenning van hun aanwezigheid had voor de Godgeleerden dus weinig zin…
Er zijn wel geleerden geweest die stelden dat de Joden pas na de ballingschap in Babel een eigen leer over de engelen ontwikkeld hebben. Gaandeweg werd die leer, zo zei men, in Israël steeds meer gemeengoed. De Sadduceeën – een relatief kleine groep aristocraten – vonden dat bijgeloof maar niks. Maar Jezus kwam uit Nazareth. Daar, en ook in Kapernaüm, geloofden velen wel in engelen.
De hierboven omschreven theorieën van die geleerden werden door andere wetenschappers bestreden en tamelijk waardeloos bevonden.

A. Kuyper trekt in een overdenking over Handelingen 23 de heldere conclusie: “Maar het geloof aan engelen hangt geheel aan de vraag, of men het bestaan van onstoffelijke en onzichtbare wezens aanneemt of verwerpt. Neemt men dit aan, dan kan men dus ook aan het voortbestaan van de ziel na den dood, maar dan ook aan engelen gelooven; terwijl omgekeerd, als men dit verwerpt, tegelijk met het geloof aan de opstanding ook het geloof aan de engelen valt”.

Op de keper beschouwd is Handelingen 23 een schokkend hoofdstuk.
Paulus staat voor de Joodse Raad. Hij verdedigt het Evangelie van redding door Jezus Christus, de Heiland.
‘Ik sta hier met een zuiver geweten’. Zo begint hij. Maar de hogepriester onderbreekt hem. Hij geeft een kort bevel: ‘Sla hem op zijn mond!’. Dat betekent eigenlijk: ‘Die Paulus vertelt leugens. Hij is de grootste leugenaar die er bestaat!’.
Dergelijke praktijken waren in de rechtszalen van Gods volk streng verboden. Dat blijkt bijvoorbeeld in Leviticus 19: “U mag geen onrecht doen in de rechtspraak, u mag geen partij trekken voor de arme en de aanzienlijke niet voortrekken. Op rechtvaardige wijze moet u uw naaste oordelen”.
Is het een wonder dat Paulus er wat van zegt?
Maar als Paulus hoort dat dat bevel van de hogepriester komt, houdt hij op met protesteren. Want hij kent Exodus 22: “U mag de rechters niet vervloeken, en de leiders van uw volk mag u niet verwensen”.
Maar daarmee is Paulus’ verhaal niet uit. Integendeel. Als geen ander weet hij hoe hij Farizeeën en Sadduceeën uit elkaar moet spelen. Hij verklaart”: “Broeders, ik ben een Farizeeër en de zoon van een Farizeeër. Ik sta hier vandaag omdat ik geloof dat de mensen uit de dood zullen opstaan!”.
Die verklaring leidt in de vergadering tot veel beroering… Sterker – het wordt gewoon een ordinaire ruzie! Met die rechtszaak wordt het niets meer.
Hoe moet dit verder? We kunnen ons best voorstellen dat Paulus, die gevangen gezet is in een kazerne, de wanhoop nabij is. En dan komt de Verbondsgod bij hem: “Heb goede moed, Paulus, want zoals u in Jeruzalem van Mijn zaak getuigd hebt, zo moet u ook in Rome getuigen”[2].

Hierboven wordt A. Kuyper geciteerd: “het geloof aan engelen hangt geheel aan de vraag, of men het bestaan van onstoffelijke en onzichtbare wezens aanneemt of verwerpt”. Die vraag ligt ook vandaag op tafel. Geloven wij echt dat er engelen om ons heen zijn – als we ons huishouden runnen, als we thuis ontspannen onze hobby beoefenen, op kantoor, als wij naar de kerk gaan en in de operatiekamer van het ziekenhuis?

Engelen zien wij niet.
Dat is vervelend in een wereld waarin bijna alles tastbaar lijkt en we alleen maar iets geloven als we ’t vóór ons zien.
Laten we maar blijven geloven in Hem Wiens werk wij lang niet altijd zien!
Columnist Aad Kamsteeg schreef in het Nederlands Dagblad: “Toen Petrus bij Jezus’ arrestatie zijn zwaard trok om erop los te slaan, kreeg hij te horen dat God zomaar miljoenen engelen zou kunnen sturen. Maar die opdracht kwam er juist niet. Jezus wist dat zijn Koninkrijk wereldwijd zou doorbreken juist door zijn schijnbaar machteloze gang naar het kruis”. Dat leek weinig glorieus. Is Jezus Christus echt wel Overwinnaar. Kamsteeg schreef: “Kennelijk is ons in het hier en nu geen einde aan allerlei demonisch kwaad beloofd. Maar dat glorieuze einde komt er wel. Het komt er als hij die de Bijbel het monster uit de zee noemt, zal worden gedood en Jezus’ vrederijk al die andere koninkrijken heeft verbrijzeld”.
Laten wij maar uitzien naar dat glorieuze einde![3][4][5]

Noten:
[1] Handelingen 23:6-8.
[2] In deze alinea citeer ik achtereenvolgens Leviticus 19:15, Exodus 22:28 en Handelingen 23:11.
[3] Het citaat in deze alinea komt uit: Aad Kamsteeg, ‘Maar Jezus is toch de baas in Nederland?’ – column in: Nederlands Dagblad, donderdag 28 december 2023, p. 15.
[4] In dit artikel maakte ik onder meer gebruik van: A. Kuyper, “De engelen Gods”. – Kampen: J.H. Kok, 1923. – tweede druk. En van https://nl.wikipedia.org/wiki/Sadduceeën ; geraadpleegd op zaterdag 30 december 2023. Het citaat in deze alinea komt uit: “De engelen Gods”, p. 11.
[5] Het onderwerp van dit artikel is gekozen omdat de vrouwenvereniging ‘Bouwen en Bewaren’ van De Gereformeerde Kerk Groningen op donderdagavond 11 januari, zo de Here wil, een bespreking wijdt aan het onderwerp ‘Engelen’. Van voornoemde vereniging is mijn vrouw lid. Met het schrijven van dit artikel hielp ik haar bij de voorbereiding op de verenigingsavond.

Geef een reactie »

Nog geen reacties.

RSS feed for comments on this post. TrackBack URI

Plaats een reactie

Blog op WordPress.com.